Trainingen

Omgevingsfactoren zoals ondergrond, weersomstandigheden en je eigen fitheid bepalen mede het tempo in de groep. Hier gaan we op een aangenamer tempo lopen. De focus wordt vooral gelegd op een constante snelheid over een grotere afstand. De afstand kan verschillen tussen 5-8 km.

Als duo op een rustige manier vertrekken en dit tempo over een langere afstand aanhouden is zeker niet eenvoudig. Verbale communicatie naar de hond om “rustig” te gaan lopen is van belang.

Training waarbij we een combinatie van singletrack en kruispunten gaan opzoeken. Hierbij gaan we door middel van een verbaal commando de hond sturen naar de juiste richting.

De loper zal steeds de naam van zijn hond roepen “verwittiging” met na 1 -2 seconden de te kiezen richting “de uitvoering”. Eens deze techniek goed onder de knie is, kan men overgaan tot het versnellen van het tempo en minder reactietijd over te houden tussen het verwittigen en de uitvoering.

Intervaltrainingen zijn korte, maar hevige inspanningen op een hoge snelheid met korte pauzes (rustig joggen) tussendoor. Van belang hier is dat er eerst een rustige duurloop van 2-3 km wordt gelopen samen met de honden zodat die ook goed opgewarmd zijn.

Deze explosieve training kan zeer hoge snelheden opleveren maar over een kortere afstand. Het trainen van de klassieke start en de groepsstart vallen onder deze categorie.

Een cruciaal onderdeel van het Canicrossen is het inhalen van andere canicrossers. Er moet immers niet enkel rekening gehouden worden met de plaats waar men wenst in te halen, maar ook met de loper en met zekerheid de positie van de hond t.o.v. je eigen viervoeter en jezelf.

Door te verwittigen dat men gaat inhalen is er een verbale communicatie nodig tussen de twee lopers. Een duidelijk en consistent commando voor je hond is eveneens belangrijk. Om dit zo vlot mogelijk te laten verlopen is een herhaalde training hierop noodzakelijk.

Het zorgt steeds opnieuw voor een uitdaging, doordat we variëren in tempo en snelheid is geen enkele heuvel hetzelfde. Bij heuveltrainingen gebruik je je eigen lichaamsgewicht als weerstand om tegen de heuvel op te lopen.

Niet alleen de bovenbenen maar ook de kuiten worden extra belast. Het oplopen van een heuvel zorgt ervoor dat er meer spiervezels aangespannen worden, zo’n 2 tot 3 keer meer als hardlopen op een vlakke ondergrond. Door de heuveltrainingen ontwikkel je dus automatisch meer kracht in deze beenspieren. Door als duo hierop te trainen kan je door de extra kracht van je viervoeter makkelijker en sneller boven komen.